Terug naar overzicht

13 november 2023 | Nieuws

Kamila Sipika: ‘Ik laat de dingen op een natuurlijke manier ontstaan’

Kamila Sipika, genomineerde in de categorie Schilderkunst, is net terug van een reis naar Polen en nu heel druk met het inrichten van haar nieuwe Haagse studio. Ze is dankbaar dat ze opnieuw een ruimte gevonden heeft om te werken en te scheppen. Ze is ook bezig met het aanvragen van subsidies die haar in staat stellen haar creatieve doelen na te jagen. “Het is enorm belangrijk om te moeten schrijven over mijn werk en mijn artistieke visie onder woorden te brengen. Het helpt om prioriteiten te stellen en keuzes te maken over mijn ideeën en hoe ze te verwezenlijken”, zegt Kamila.

Reality checks

Kamila is half Pools en half Braziliaans. Ze heeft het grootste deel van haar leven in Warschau gewoond en dat is ook de stad waar ze met haar creatieve opleiding begon. Ze ontdekte echter al snel dat ze weliswaar veel leerde, maar dat de benadering van de plaatselijke Academie voor Schone Kunsten toch niet helemaal was wat ze zocht. “Momenteel veranderen de dingen binnen de Poolse culturele sector heel snel”, zegt ze, “maar soms pakken ze de kunstwereld dan toch ineens weer anders aan.”

Kamila kwam naar de Haagse KABK in het kader van het Erasmus uitwisselingsprogramma. Ze kwam in 2019 aan en had net een beetje tijd om te settelen en vrienden te maken toen COVID zich aandiende. “Toen alles dichtging, zijn veel van de mensen met wie ik studeerde, vertrokken. En vanwege de lockdown had ik ook geen toegang meer tot de studio’s en de ateliers waar ik werkte. Ik moest dus mijn praktijk aanpassen en dat was niet alleen uitdagend maar ook bemoedigend.” Vooralsnog wil Kamila in Nederland blijven. “Het heeft veel voordelen om hier te werken. Het is niet gemakkelijk om in het buitenland te leven en er zijn veel onverwachte reality checks. Maar mogelijkheden en een cultureel leven met veel dynamiek kunnen dat compenseren.”

‘Mijn medium’

Kamila heeft jarenlang lessen klassieke gitaar gevolgd aan de muziekschool van Warschau. “Muziek is nog steeds belangrijk voor mij. Er was een moment dat het meer mijn focus had dan het schilderen, maar in het jaar voordat ik naar de universiteit zou gaan, kwam ik erachter dat schilderen echt mijn medium was, dat dat het was waarmee ik mezelf elke dag wilde uitdagen. Maar tijdens het schilderen gebeurt het nog steeds dat ik bij bepaalde klanken kleuren zie en andersom.”

Momenteel gaat Kamila helemaal op in het schilderen van bloemen. “Het is mijn eigen eerbetoon aan de schoonheid van veel culturen. Hoe is het mogelijk dat je zoveel kunt zeggen met zoiets eenvoudigs als een bloem? Misschien heeft het ook te maken met mijn eigen gemengde identiteit en met het feit dat ik nu in Nederland woon, waar je die unieke traditie van bloembollen en snijbloemen hebt. Ik ben heel benieuwd hoe ik kan verwijzen naar de tradities van folklore en die kan cultiveren om zo mijn eigen stillevens te scheppen.”

Een kunstavontuur

Kamila is net terug van een bezoek aan het dorpje Zalipie in de omgeving van Krakau, dat bekend staat als ‘het beschilderde dorp’. De reis was deel van haar onderzoek naar traditionele decoratieve motieven. Ze droomt van een residency in São Paulo, waar etnografisch onderzoek van volkskunst en decoratie een onderdeel van zou moeten zijn. Maar ze is er ook van overtuigd dat bloemen niet alleen maar decoratief zijn: “Ik wil er context aan geven en verschillende betekenissen.” Het is voor haar een heel persoonlijk project. “Ik begin echt met mezelf en laat de dingen op een natuurlijke manier ontstaan en zich ontwikkelen vanuit datgene waar ik toegang toe heb.”

En wat als ze de Piket Kunstprijs zou winnen? “Ik zou het investeren in expedities, in het onderzoek waarmee ik al begonnen ben. Ik had de nominatie niet verwacht. Het feit dat je gezien bent … Ik was zo bezig met mijn werk dat ik het bijna niet kon geloven … Plaatsen bezoeken met tradities die van belang zijn voor mijn project, dat zie ik als een kunstavontuur, iets wat nieuwe perspectieven biedt.”

Read the article in English.

Tekst: Anna Beerens
Foto: Hessel Waalewijn